
Rolstoelrugbyers leggen tijdens een wedstrijd tussen de 3 en 5 kilometer af; dit vraagt om een goede zuurstofopnamecapaciteit. Om de capaciteit tijdens de testen te meten, werden de rugbyers uitgerust met een mondmasker gekoppeld aan draagbare gasanalyse apparatuur. De onderzoekers vonden op groepsniveau geen verschil tussen de twee testmomenten (gemiddelde piek VO2: 1,85 L/min). Wel zagen ze dat bij sommige rugbyers de piek VO2 tijdens de veldtest aanzienlijk afweek van die tijdens de laboratoriumtest. Hoewel de veldtest niet geschikt is om de absolute aerobe capaciteit van individuele rolstoelrugbyers onderling met elkaar te vergelijken, lijkt deze wel geschikt om de vooruitgang van het team als geheel en elk teamlid apart te monitoren.
Wat is bekend?
Een inspanningstest in het laboratorium is de gouden standaard om de aerobe capaciteit in sporters te bepalen.
Coaches geven de voorkeur aan veldtesten om fysieke kwaliteiten van hun sporters te monitoren
Wat is nieuw?
- Een veldtest waarbij de nadruk op snelheid van rollen ligt, is geschikt om de aerobe capaciteit van rolstoelsporters te monitoren.
- Een ‘Figuur van 8’ is een praktisch toepasbare veldtest voor rolstoelsporters.
- Een inspanningstest in het laboratorium blijft nodig om de absolute piek in zuurstofopname van een rolstoelsporter te meten.
Parcours: Figuur van 8
Zestien rolstoelrugbyers van nationaal niveau -waarvan de helft beperkt door een beschadiging van het ruggenmerg zoals een dwarslaesie en de andere helft door een andere oorzaak- legden in hun eigen rolstoel een afgeleide vorm van een ‘shuttle run test’ af. Dit gebeurde op een indoor sportveld. De onderzoekers hadden hiervoor een parcours uitgezet met een totale lengte van 80 meter in de vorm van een ‘8’ (zie Figuur). Op deze manier bleef het draaien en keren beperkt en de snelheid van rollen hoog. De aanvangssnelheid was 1,8 meter per seconde; iedere minuut ging het tempo met 0,1 meter per seconde omhoog. Wanneer het de sporter niet meer lukte om het parcours binnen de gestelde tijd af te leggen, stopte de test. Op dat moment was de gemiddelde snelheid 3,1 meter per seconde en de afgelegde afstand 1850 meter; deze waarden varieerden aanzienlijk vanwege de individuele verschillen in niveau tussen de rugbyers (standaarddeviatie voor de snelheid 0,4 meter per seconde en voor de afstand 720 meter).
Praktische verschillen
Ter vergelijking voerden de proefpersonen op een andere dag een oplopende inspanningstest op een gemotoriseerde loopband (HP Cosmos of Motekforce Link) in het laboratorium uit. Ook hierbij ging iedere minuut de snelheid omhoog tot het moment dat de rolstoelrugbyers dit niet meer konden bijhouden. In tegenstelling tot de veldtest geeft de loopbandtest de rugbyers geen enkele ruimte om hun armen rust te geven; ook spelen technische behendigheid en pacingvaardigheden amper een rol. Ondanks het verschil in uitvoering kwam de gemiddelde piek VO2 aan het einde van de veldtest netjes overeen met die in het laboratorium. De waarden van de rugbyers varieerden tussen 0,97 en 3,64 L/min en dit kwam overeen met hun variatie in mate van beperking (4 waren ‘low point’ (0,5-1,0) afgaande op de IWRF classificatie; 6 ‘mid point’ (1,5-2,0) en 6 ‘high point’ (2,5-3,5)). Keken de onderzoekers naar de individuele getallen, dan bleek de gemeten piek VO2 op het veld en in het laboratorium echter niet altijd overeen te komen.
Om het absolute aerobe vermogen van een individuele rolstoelsporter te weten, is een inspanningstest in het laboratorium daarom nog altijd de gouden standaard. Naast degemotoriseerde loopband is een rolstoelergometer geschikt. Daarnaast kan een veldtest zoals de ‘8’ in de praktijk ingezet worden om de piek VO2 van het team te bepalen en de relatieve verbetering van een sporter te monitoren. Tip van de onderzoekers hierbij: probeer het draaien en keren (versnellen en afremmen) te beperken, laat de sporters wennen aan het protocol en zorg voor een goede ondergrond en juiste instelling van de rolstoel.
Figuur 8. Schematische weergave van het parcours van de veldtest.
Bronnen
- Goosey-Tolfrey, V. L., de Groot, S., Tolfrey, K., & Paulson, T. A. (2021). Criterion Validity of a Field-Based Assessment of Aerobic Capacity in Wheelchair Rugby Athletes. International Journal of Sports Physiology and Performance, 16(9), 1341-1346.